Om in Nederland tot notaris te kunnen worden benoemd moet men aan bepaalde in de wet omschreven eisen voldoen. De belangrijkste eisen zijn:
dat de betrokkene Nederlander is;
dat hij (of zij) de bij de wet voorgeschreven notariële examens met goed gevolg heeft afgelegd;
dat de betrokkene daarna tenminste zes jaar als kandidaat-notaris praktijk heeft opgedaan op één of meer notariskantoren;
dat de kandidaat-notaris met goed gevolg de examens van de Notariële Beroepsopleiding heeft afgelegd en
in het bezit is van een ondernemingsplan dat aan de daarvoor gestelde eisen voldoet.
Na zijn benoeming door de Koningin moet de notaris een drieledige eed afleggen, waarvan voor het publiek de beroepseed het belangrijkste onderdeel is. Daarin zweert (belooft) de notaris dat hij:
de door hem aanvaarde taak eerlijk, nauwgezet en onpartijdig zal uitvoeren;
zich zal gedragen naar de wetten, reglementen en de verordeningen die op het notarisambt betrekking hebben;
geheimhouding zal betrachten ten aanzien van alles waarvan hij door zijn ambt kennis neemt.
Door het afleggen van de eed is de notaris niet alleen bevoegd, maar (behoudens enkele uitzonderingen) ook verplicht zijn diensten aan het publiek te verlenen.
Taak.
De wet omschrijft de taak van de notaris als volgt: notarissen zijn ambtenaren, die - met uitsluiting van anderen - bevoegd zijn notariële akten op te maken, daarvan de dagtekening te verzekeren, de akten te bewaren en daarvan afschriften en uittreksels af te geven.
Bij opvolging van een notaris zal tot dat de opvolgend notaris is benoemd het ambt van de defungerend notaris moeten worden waargenomen: de zogenaamde vacaturewaarneming. De kamer van toezicht wijst deze waarnemer ambtshalve aan. Deze waarneming kan worden gedaan door een kandidaat-notaris die voldoet aan de eisen om benoemd te worden tot notaris (zie hiervoor onder aanstelling).
Bij afwezigheid of bij ziekte kan een notaris tijdelijk worden vervangen door een kandidaat-notaris (de zogenaamde lichte waarneming). De kandidaat-notaris moet ook bij deze waarneming voldoen aan de wettelijke vereisten om tot notaris te worden benoemd. Maar hier is de stage-eis drie jaar. Ook deze aanwijzing tot waarnemer van de notaris geschiedt door de kamer van toezicht, maar als er sprake is van een ’vaste’ waarneming is de benoeming eenmalig. Wel moet de kamer terstond op de hoogte worden gesteld van het feit dat de notaris voor een dag(deel) wordt waargenomen.